Goos Kant (1967) is sinds 2005 hoogleraar “Logistieke Optimalisatie” bij de Faculteit Econometrie & Operations Research van de Universiteit van Tilburg.
Uitdagingen zijn er volop in de binnenstad: hoe kan de winkelier overleven of juist nieuwe kansen creëren met e-commerce? En hoe kan de bevoorradingslogistiek steeds slimmer worden? Het is relatief duur en vooral ook steeds lastiger met de winkelende klanten en omwonenden. Stapje bij stapje maken we ook in Nederland voortgang, zonder draconische maatregelen zoals de ‘congestion charge’ in UK of de verboden in Duitsland.
Doelstelling van het Dinalog-project ‘4C4D stedelijke distributie’ is: over 3 jaar gaat niemand meer voor één kleine levering de binnenstad in! Niet omdat het niet mag, maar omdat iedereen snapt dat dit dom is.
Voorkomen
Eerste wijze is natuurlijk het voorkomen van inefficiënte leveringen. Dit begint al het beïnvloeden van de winkelier in het bestelgedrag. Als de vervoerder toch al elke dag in de binnenstad komt voor andere klanten is er niets aan de hand, maar dit is bij specifieke productgroepen of bij eigen vervoer lang niet altijd zo. Een simpele stap is om dit bespreekbaar te maken tussen de partijen en de winst van het schuiven met leverdagen eerlijk te verdelen. Daarbij hoort natuurlijk slim voorspellen en bestellen, want de service richting de klant moet gewaarborgd blijven. Hoe erg is het trouwens als een nalevering niet binnen 24 uur gerealiseerd kan worden? Kortom, allemaal vragen die een rol spelen bij ons onderzoek ‘one stop drop’.
Genezen
De volgende stap is het genezen: de vervoerder moet snappen dat voor één kleine levering de binnenstad ingaan inefficiënt is. Iedereen kan uitrekenen dat de kosten voor deze specifieke levering nooit opwegen tegen het tarief wat hij ervoor krijgt. Er spelen dus andere emoties om het toch zelf te willen doen, meestal is dit service of concurrentiegevoeligheid. Service houdt in dat je voor je opdrachtgever het overal aflevert, dus waarom ook niet in de binnenstad? Het kan ook zodanig specifiek zijn dat het niet uitbesteedbaar is. Het uitbesteden is vaak extra gedoe, nog los van de handlingkosten, waarbij je ook niet direct inzicht hebt in de aflevering en het contact met de ontvanger mist. Het wordt nog enger als deze afleverpartij naast de ‘last mile’ ook de ‘andere miles’ zou kunnen organiseren. Je afleverpartner zou een concurrent kunnen worden. Wat hier dus nodig is zijn eerlijke winstverdelingen, laagdrempeligheid van aanbieders en heldere positioneringen van de vervoerders. Iedereen moet begrijpen dat je met ‘klanten afpakken’ gelijk in je eigen voet schiet.
En nu?
Stedelijke distributie is van de politieke agenda verdwenen en er is geen landelijke ambassadeur stedelijke distributie meer. Maar dit weerhoudt ons niet om bottom-up slagen voorwaarts te maken. In ons Dinalog-project hebben we de mooie mix van onderzoek op de genoemde gebieden met bijbehorende verdienmodellen, gecombineerd met de bedrijven die durven en initiatieven nemen. Als we met elkaar stappen zetten op transparantie, laagdrempeligheid, bepalen van voordelen en eerlijke verdeling en de positionering, dan kunnen we met stimuleren van de bewustwording de doelstelling realiseren. En lachen we allemaal over een paar jaar over het getob van iemand, die toch nog probeert één simpel pakje in de binnenstad af te leveren.